181. Willem HAGENS schepen in 1491

182. Jan van HAREN, schepen benoemd in 1486. Hillegondis, dochter van Jan van Haren, deed 14 Mei 1513 gift en overdracht van twee huizen achter het Minderbroedersklooster aan de Predikheeren, waarvoor deze beloofden ten eeuwigen dage twee jaargetijden te zullen houden

183. Jan van HEDEL. Schepen in 1470

184. van Jan van HEDEL, schepen in 1481, 1493 en 1495. Hij volgde Adam Roempot in 1493 op als gasthuismeester, welke bediening hij tot in 1501 waarnam, toen Jan van Berckel hem verving. Van Hedel was gehuwd met Aleida van Gunterslaer. Was de vader van Zeger van Hedel (zie nr. 185)

185. Zeger van HEDEL, schepen in 1522. Zijne weduwe, Aleida van Os stichtte met anderen in 1545 een fundatie tot het branden van waslicht voor het H. Sacrament in de St. Janskerk

186. Egidius (Gilles) van HEDEL Jacobszn. Hij kwam in de schepenstoel in het jaar 1550 en trouwde Geertruida, dochter van Everard van de Water, schepen en raad, lid der Lieve-Vrouwe-broederschap, overleden 13 October 1558, en Belia Loeff van der Sloot, gestorven 12 Juli 1538

187. Gosewijn van HEDEL, schepen in 1553. Vrij waarschijnlijk was hij een broer van Edigius (zie nr. 186)

188. Arnold de HEER Gijsbertszn., schepen in 1461

189. Godfried HEERKEN, schepen in 1343

190. Martinus 's HEEREN Gerardszn. Hij was van 1560 tot 1576 rentmeester der stad, werd toen en in het volgende jaar tot de schepenstoel geroepen, en kwam 1 Januari 1578 te overlijden. Mr. Jacob van der Cammen volgde hem als schepen op. Voor de commissie belast met het onderzoek naar de godsdiensttroebelen binnen de stad in 1566 en en 1567 voorgevallen, verklaarde Martinus 3 Juni van laatstgemeld jaar omstreeks 41 jaren oud te zijn. De stad kocht in 1583 van zijn weduwe voor 135 gulden zijn "privilegieboeken" De Lieve-Vrouwe-broederschap telde hem onder hare leden. Jegens de broederschap maakte hij zich verdienstelijk door het samenstellen van een naamlijst der dekens, proosten en broeders, waartoe hij volgens zijn eigen getuigenis al de schrifturen, rekeningen en andere boeken van de vereniging had doorzocht

191. Het zegel van Gosewijn van den HEESACKER. Deze verdienstelijke regent heeft bijna een halve eeuw deelgenomen aan het bestuur. Hij zag zich tot schepen benoemd in 1458, 1463, 1469, 1474, 1479, 1484, 1488, 1492, 1496 en 1501, was in 1492 president en van October 1495 tot die maand van het volgende jaar met jonker Jan van der Aa, heer van Bokhoven, burgemeester, werd toen en in 1501 weer president. Van 1455 tot 1468 bekleedde hij het gasthuismeesterschap en was vele jaren fabriek (kerk)meester van St.Jan. Bij het oproer van 1477 werd hij met andere regeringsleden gevangen genomen en deelde in het weinig benijdenswaardig lot van de mannen, overgeleverd als zij waren aan den moedwil van een opgewonden menigte en in gevaar het leven te verliezen. (Zie over dit oproer Taxandria 11, blz. 151 en 152) Was lid van de Lieve-Vrouwe-broederschap en overleed in het jaar 1505

192. Jordaan van HEUKELOM. Hij werd in het jaar 1382 tot schepen benoemd